We gingen in gesprek met de Iraans-Nederlandse kunstenaar Tina Farifteh die als één van de Fellows van de 2023 editie van het NFF Fellowshipprogramma werkt aan een onderzoek. In haar laatste film Kitten of Vluchteling?, die het afgelopen Nederlands Film Festival in première ging, stelt ze de prangende vraag waarom we de ene vluchteling met onze eigen auto ophalen en we de ander laten verdrinken aan de grenzen van Europa. Haar onderzoeksvoorstel Empathic Rage, geschreven voor het Fellowshipsprogramma, bouwt voort op deze vraag en gaat over hoe je empathie en woede kan inzetten om de wereld te redden. Tina is genomineerd voor de Zilveren Camera 2023, de meest prestigieuze prijs voor fotojournalistiek en documentaire fotografie in Nederland.
Kan je ons meenemen in je werkproces?
Ik ben geïnteresseerd in hoe wij als mens in elkaar zitten, hoe we de wereld inrichten en hoe die systemen bepalen hoe we met elkaar omgaan. Maar vooral ook wat er met mensen gebeurt die buiten de dominante systemen vallen. Ik begin vaak met een vraag, een fascinatie of juist een kortsluiting. Met Kitten of Vluchteling? onderzoek ik hoe empathie werkt en hoe beelden ons empathisch vermogen triggeren of juist afvlakken. Wie staat er bovenaan de empathieladder en waarom? Om hierachter te komen spreek ik met wetenschappers en ervaringsdeskundigen, maar doe ik ook experimenten met proefpersonen
Tina Farifteh over haar Fellowship-onderzoek en ervaring
Trailer Kitten of Vluchteling?
Waarom is beeld zo belangrijk voor jou?
Beelden en woorden vormen de bouwstenen van ons denken. Van hoe we onszelf, de wereld en de ander zien. Maar beelden en woorden zijn vaak niet neutraal. Ze worden beïnvloed en bespeeld door de bestaande machtsstructuren en belangen maar ook onze eigen gewoontes en blindspots. Deze beelden hebben een grote invloed op ons gedrag. Als wij in watermetaforen praten (‘asieltsunami’, ‘we worden overspoeld’, ‘een nieuwe golf’) over mensen op de vlucht, framen we ze als een natuurramp. Dit maakt ons bewust en onbewust bang voor deze mensen. En die angst zorgt ervoor dat we minder empathisch zullen handelen. Juist als beeldmaker vind ik het belangrijk om hierbij stil te staan, deze beelden te ontleden, bevragen en om mechanismen achter de dehumanisatie bloot te leggen. Maar het is natuurlijk ook belangrijk om nieuwe en alternatieve beelden en woorden te bedenken waardoor je het systeem kan hacken.
Je hebt kort geleden de installatie ik en jij gemaakt. Kun je daar iets meer over vertellen?
Afgelopen november was ik uitgenodigd om mijn werk te tonen bij Unfair, in Gashouder in Amsterdam. Eigenlijk wilde ik ander werk laten zien, maar het voelde zo raar om daar te staan en het niet over de gruwelijkheden in Israël en Palestina te hebben. Het voelde tegelijk heel gek en kwetsbaar om in zo’n korte tijd iets te maken over zo’n beladen onderwerp. Maar wanneer urgentie groter is dan de twijfel, doe je het blijkbaar.
In ik en jij onderzoek ik een cruciale vraag die zich in conflictsituaties voordoet: is er een manier om elkaar te blijven horen te midden van lijden, ontmenselijking, onderdrukking, verdriet en verhitte emoties?
Ik heb samen met Arran Lyon, een mede Fellow van ARK collectief, een telefoon gehackt waar mensen in een telefooncel de ruimte krijgen om over hun gevoelens te praten, te fluisteren, te huilen, te schreeuwen, bidden, of stil te zijn. Deze gesprekken worden opgenomen en in willekeurige volgorde op koptelefoons afgespeeld zodat anderen er naar kunnen luisteren. De vraag die ik aan de bezoekers stelde was:
- Hoe is het met je?
- En wat doen de verschrikkingen daar met jou?
Door deze opzet ontstaat een ontkoppeld en vertraagd maar ook een super persoonlijk gesprek. Waarin je wel met elkaar kan delen hoe je je voelt, maar niet direct op elkaar kan reageren. Je kan elkaar niet onderbreken of met elkaar in discussie gaan. En alleen al door die paar wijzigingen in de vorm veranderde het gesprek zelf.
Wat doen de reacties met je? Zijn ze erg verschillend?
De vraag die in de telefooncel wordt gesteld is heel simpel en tegelijkertijd heel moeilijk. Het is een vraag die we niet vaak aan onszelf durven te stellen. De reacties zijn ontroerend en maken veel indruk op mij en op het publiek.
Je hoort de stem van onbekende mensen op een hele intieme wijze. Je hoort ze denken, ademen, pauze nemen, geëmotioneerd raken, twijfelen, zoeken naar woorden. Alle dingen die je op social media en aan talkshowtafels niet hoort.
Daarnaast is het heel belangrijk dat je in je eentje in een kleine en stille ruimte bent. Dat je je eigen stem hoort. Zonder concurrentie van andere stemmen. Je gaat automatisch meer reflecteren. Het vertragen van het gesprek creëert meer ruimte voor medemenselijkheid en empathie. Juist omdat je hoort dat veel mensen, ongeacht hun achtergrond of meningsverschillen, dezelfde emoties en angsten hebben.
Wat hoop je uit het Fellowshipprogramma te halen?
Het Fellowshipprogramma is een continu ontdekkingsproces. Het is spannend om aan een open onderzoek te werken en ook een uitdaging om het evenwicht te bewaren tussen de verschillende benaderingen. Je wilt een bepaalde focus en afbakening om de diepte in te kunnen gaan maar tegelijkertijd ook open staan voor nieuwe ontdekkingen en richtingen. Tussen het creatieve en het analytische. Tussen je eigen plan maar ook de politieke en maatschappelijke ontwikkelingen. Zeker met thema’s waar ik aan werk is het super belangrijk om gevoelig te blijven voor wat er in de maatschappij gebeurt, dus ook voor onze collectieve emoties.
Met mijn onderzoeksvoorstel, Empathic Rage, wil ik onderzoeken hoe de combinatie van woede en empathie werkt, hoe het ‘getriggerd’ kan worden en of ze samen tot constructieve verandering kunnen leiden. Binnen de politiek zijn vooral de rechts- en extreemrechtse politici zeer bedreven in het gebruiken van onze emoties om ons bang te maken, haat te zaaien en bevolkingsgroepen tegen elkaar op te zetten. Het bedrijfsleven zet onze emoties, angsten en verlangens in om geld aan ons te verdienen. Waarom zouden we zulke krachtige mechanismen die in ons allemaal zitten, niet voor positieve verandering inzetten? Kunnen we onze emoties hacken om de wereld te redden?
Wat dit Fellowshipprogramma zo bijzonder maakt voor mij is dat ik me kan richten op onderzoek en gedachte- en beeldexperimenten, en dit thema vrij kan benaderen zonder me bezig te houden met een bepaald eindresultaat. Dat is een unieke kans.
Wat betekent het om samen met andere Fellows in dit traject te zitten?
Het is bijzonder en heel waardevol om mijn onderzoek en proces te kunnen delen en bespreken met andere mensen die ik heel leuk en inspirerend vind. We hebben verschillende achtergronden en persoonlijkheden en kunnen heel veel van elkaar leren. Wat we met elkaar gemeen hebben is dat we allemaal creatief en mega nieuwsgierig zijn. En open om te delen en om te leren. Het was al een fijne ervaring om samen te werken met Arran Lyon, die ik door het Fellowshipsprogramma heb ontmoet. Het voelt alsof je er een soort familie bij krijgt, die je eigenlijk niet goed kent maar waar je je wel verbonden mee voelt. Naast de andere fellows kunnen we veel leren van externe experts en mentoren uit allerlei disciplines. Ik ben heel erg benieuwd hoe onze onderzoeken zich verder gaan ontwikkelen en wat er uit gaat komen. Enige wat we zeker weten is dat die ontwikkeling na het programma door zal gaan en dat we elkaar zullen blijven volgen.
Over de Fellows
Het in 2023 opgerichte Fellowshipsprogramma is bedoeld voor makers die bezig zijn met een onderzoekstraject binnen het vakgebied Digitale Cultuur. Met dit programma worden makers en/of collectieven gestimuleerd om nieuwe technologieën, thema's en tools te verkennen en samenwerkingen op te starten. Van 2023 t/m 2025 werken jaarlijks drie fellows hun onderzoeksvoorstellen uit, die ze vervolgens presenteren tijdens het Nederlands Film Festival (NFF).