Het advies van de Raad van Cultuur zorgde vrijdag 28 september voor een volle dag aan gespreksstof op het NFF, waar professionals op de NFF Conferentie de koppen bij elkaar staken om de stand van zaken in het AV-landschap te bespreken en vooral gezamenlijk te zoeken naar oplossingen en kansen.
Door Anton Damen, 29 september 2018
De NFF Conferentie startte met een plenair programma waar als eerste de zichtbaarheid van de Nederlandse producties op het menu stond en vervolgens de transitie van omroepen van lineaire aanbieders naar online aanbieders werd besproken. Erwin Provoost, directeur van het Vlaams Audiovisueel Fonds wond in zijn openingsstatement geen doekjes om de grootste uitdaging van de sector -"de tsunami van buitenlandse producten" waar lokale partijen mee moeten concurreren: "Or we grow, or we die."
De Franse Alexandra Lebret, directeur van European Producers Club, zag ook kansen. "We moeten ons realiseren dat de online-rechten van films waarde vertegenwoordigen. We ontdekken dat films ook succes kunnen boeken buiten het eigen domein. Een op en top Britse serie als Downton Abbey is bijvoorbeeld een enorme kijkcijferhit... in China." Volgens Lebret is Netflix niet per se de grote boze wolf in het verhaal, maar moet je juist met zo'n partij werken om de algoritmes zo in te stellen dat lokale producties goed worden gepresenteerd.
Doreen Boonekamp van het Nederlands Filmfonds zag als uitdaging de zorgwekkende trend dat het marktaandeel van Nederlandse films achteruit gaat. Volgens Boonekamp moet in het kader van het vergroten van de zichtbaarheid het geld niet alleen naar productie gaan, maar ook naar distributie. "En de ontwikkelingsfase is van groot belang, daarin moet worden geïnvesteerd. En als we over kwaliteit en talent praten, dan houdt dat ook een goede filmeducatie in. De industrie kan veel dingen zelf voor elkaar krijgen, maar er is echt steun nodig van de nationale overheid om de industrie te helpen met zich aanpassen."