De belofte van Silicon Valley
In de beginjaren van het internet werd innovatie uit Silicon Valley altijd met open armen ontvangen. De regio werd door velen gezien als de bakermat van positieve vooruitgang. Met groot enthousiasme werden tools en apps die ons leven makkelijker maakten omarmd: de WhatsApp-groep waarin we vakantiefoto’s deelden, Google Drive voor klassenlijsten, een Instagram-account om producten te promoten, en de Facebookgroepen waarin kattenfilmpjes werden verzameld — om maar een paar voorbeelden te noemen.
Geleidelijk werd echter duidelijk dat deze technologieën — en de financiers en makers erachter — allesbehalve neutraal zijn, zoals Jo en Rayen uitleggen:
“Bij veel van deze tools zijn wij — de gebruikers — het verdienmodel, en onze data is de grondstof. Tegelijkertijd zijn er nauwelijks alternatieven. Door het grote vertrouwen in vrijemarktprincipes zijn er monopolies ontstaan, gedomineerd door een handvol grote Amerikaanse bedrijven zoals Meta en Microsoft.”
Ook Nederland — burgers, overheden, bedrijven en onderwijsinstellingen — is collectief in de greep gekomen van deze bedrijven, zowel letterlijk als figuurlijk.
Naast de problemen die monopolies veroorzaken, zijn deze bedrijven verbonden met politieke belangen, economische systemen, machtsstructuren en koloniale uitbuiting. Zo levert Google technologie voor Lavender, een AI-systeem dat door Israël wordt ingezet om doelwitten in Gaza aan te wijzen. Op Spotify luisteren we ongemerkt naar nep-bands zoals The Velvet Sundown. De Russisch-Orthodoxe Kerk voert online desinformatiecampagnes tegen de Nederlandse Spring Feelings Week. Ondertussen worden de mineralen voor onze smartphones gedolven door kinderen die hun leven riskeren in Congolese kobalt- en coltanmijnen, en verbruiken onze datacenters enorme hoeveelheden water en energie, met een gigantische ecologische voetafdruk tot gevolg.
En de wrange ironie is: jij, de gebruiker, zit er middenin maar hebt vrijwel geen controle. Je terugtrekken uit deze systemen betekent vaak sociale en maatschappelijke uitsluiting, en alternatieven zijn schaars. Dat besef is ontnuchterend. Dus, zitten we allemaal gevangen in dit systeem? Is er echt geen uitweg?