De in 1998, op 83-jarige leeftijd, overleden acteur Jaap Hoogstra mijmert over zijn leven. Onconventionele documentaire met gedramatiseerde scènes met Hoogstra in de hoofdrol.
De in 1998, op 83-jarige leeftijd, overleden acteur Jaap Hoogstra mijmert over zijn leven terwijl hij vrolijk drinkt en een grote joint rookt. Zijn bespiegelingen over zijn jeugd in Dordrecht zijn intiem en ontroerend. Hij is als homo geboren, zoals hij zelf zegt, en als jongetje van tien door een oudere jongen ontmaagd. Op de plaatselijke zwemclub, waar hij met plezier heenging, neukten volgens hem alle jongens met elkaar. Het vanuit diverse standpunten opgenomen interview wordt afgewisseld met gedramatiseerde scènes, waarin Hoogstra de hoofdrol speelt. Hij speelt in een filmische bewerking van een monoloog van Samuel Beckett, waaruit de titelzin van deze korte documentaire afkomstig is. Hoogstra praat vrijmoedig over het recente overlijden van vrienden en collega's. Zelf is hij niet bang voor de dood, wel voor de manier waarop. Terwijl het beeld af en toe een vissenoogperspectief krijgt en Johnny Jordaan op de achtergrond Mens durf te leven zingt, staart Hoogstra aan het eind weemoedig voor zich uit.
Credits
Regie
Producent
Camera
Set geluid
Montage
NFF Archief
Informatie over deze film, televisie- of interactieve productie bevindt zich in het NFF Archief. In het NFF Archief staat informatie over producties die in de afgelopen festivaledities vertoond zijn. Het NFF beschikt niet over dit materiaal, daarover kun je contact opnemen met de producent, distributeur of omroep. Oudere films zijn soms ook terug te vinden bij Eye Filmmuseum of bij het Nederlands Instituut voor Beeld & Geluid.